Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit is een van de meest voorkomende ontwikkelingsstoornissen bij kinderen. Dit syndroom gaat gepaard met verhoogde activiteit, die volledige ontremming kan bereiken. Overmatige lichamelijke activiteit is de belangrijkste reden voor de schending van de sociale aanpassing van het kind.
Ondanks het feit dat dit syndroom vaak het syndroom van motorische activiteit wordt genoemd, is het belangrijkste defect in zijn structuur een aandachtstekortdefect. Zo'n kind, dat zich niet langer dan enkele ogenblikken op iets kan concentreren, vertaalt zich in verhoogde afleiding, hij reageert op elk geluid en elke beweging. Deze kinderen zijn vaak emotioneel onstabiel, prikkelbaar, opvliegend.
Hyperactiviteit kan heel vroeg beginnen, tijdens de kindertijd. Kinderen hebben een verhoogde spierspanning, een verhoogde gevoeligheid voor prikkels, ze huilen veel, slapen en eten slecht, en het is erg moeilijk om ze te kalmeren.
Het syndroom manifesteert zich duidelijker op 3-4 jaar oud, het kind kan zich nergens op concentreren. Het kind kan niet, zonder afgeleid te worden, naar een sprookje luisteren, kan geen spelletjes spelen die concentratie van aandacht vereisen. Al zijn activiteiten zijn chaotisch.
De piek van het syndroom wordt beschouwd als de leeftijd van 6-7 jaar. Het wordt gekenmerkt door overmatig ongeduld, vooral in situaties die kalmte vereisen. Het kind gaat van de ene activiteit naar de andere, zonder een enkele taak tot het einde te voltooien, friemelt, kronkelt op de momenten dat het nodig is om te zitten. Meestal manifesteert dit gedrag zich op openbare plaatsen zoals school, vervoer, ziekenhuis, museum, enzovoort.
Maar gewone kinderen die niet vatbaar zijn voor het hyperactiviteitssyndroom worden soms prikkelbaar, boos of oncontroleerbaar, dus het is niet de moeite waard om elk prikkelbaar kind met deze diagnose te "belonen".