Een kind dat net is geboren, past zich niet meteen aan aan een nieuwe wereld voor hem. Nog maar een paar dagen geleden was hij absoluut beschermd tegen alle invloeden van buitenaf. De natuur heeft hem verstandig voorzien van structurele kenmerken die hem in staat stellen min of meer vrij te bewegen van een besloten ruimte naar de grote wereld. Voor het leven buiten de baarmoeder zijn deze functies niet erg handig, maar de baby neemt er niet meteen afstand van. Daarom moet u het zorgvuldig opvatten en enkele regels in acht nemen.
instructies:
Stap 1
De baby van de eerste levensmaand kan zijn hoofd nog niet vasthouden. Zijn nek- en schouderspieren zijn zwak. Laat uw hoofd daarom niet bungelen of omvallen. Anders kan het kind ernstig gewond raken. Als je de baby uit de wieg moet halen, waar hij op zijn rug ligt, plaats dan een hand onder zijn hoofd en pak de nek en schouders vast. Beweeg de andere hand onder de ezel, en zo dat de onderrug op je handpalm ligt. Til de baby voorzichtig op. Je bewegingen moeten kalm en vloeiend zijn, maar tegelijkertijd zelfverzekerd. Het is onmogelijk om de pasgeborene scherp te rukken.
Stap 2
Veel jonge vaders kijken uit naar het moment waarop het mogelijk zal zijn om de baby over te geven, hem te omcirkelen, handen vast te houden, enz. Hiermee moet je wachten tot het kind wat sterker wordt. Pak een pasgeboren baby niet bij de handvatten vast. Zijn gewrichten zijn nog steeds niet sterk genoeg, je kunt per ongeluk een elleboog of zelfs een schouder ontwrichten. Het werpen wordt ook niet aanbevolen totdat de nekspieren voldoende sterk zijn. Trouwens, tegen de tijd dat het kind leert zijn hoofd vast te houden, zal hij al kunnen genieten van het feit dat hij wordt geduwd en gegooid.
Stap 3
Als je je baby met het gezicht naar beneden moet houden (bijvoorbeeld tijdens het wassen onder de kraan), leg hem dan in je arm. Het hoofd moet zich in de bocht van je linkerelleboog bevinden (of rechts als je linkshandig bent). Gebruik je andere hand om je baby te wassen.
Stap 4
Sommige baby's vinden het prettig om met het gezicht naar beneden gedragen te worden. In dit geval ligt het hoofd, op dezelfde manier als bij het wassen, in de bocht van de elleboog van de rechter- of linkerhand. De buik en borst van je baby liggen op je onderarm. Gebruik de hand om de baby bij de rug vast te houden, dichter bij de onderrug. Steek je andere hand tussen de benen en houd de pasgeborene vast bij de buik.
Stap 5
Probeer in het begin te voorkomen dat u uw baby rechtop houdt. Maar soms is het nodig, ondersteun dan met de ene hand je hoofd, rug en schouders en met de andere je billen en onderrug. Knijp niet in je borst. Houd de baby naar u toe gericht of met de achterkant van uw hoofd, maar nooit zijwaarts. Plaats de baby niet op uw onderarm met de romp opzij gedraaid. De botten van een pasgeborene zijn nog zacht en als het lichaam constant in de verkeerde positie wordt gezet, kunnen ze buigen.